Er is geen ruimte voor toepassing van de ruilarresten wanneer een belastingplichtige in beginsel een herinvesteringsreserve had kunnen vormen. De belastingplichtige heeft niet de keuze tussen vorming van een herinvesteringsreserve of toepassing van de ruilarresten. Dat is de strekking van een arrest van de Hoge Raad.
De casus was als volgt. Direct na de verkoop en levering van de aandelen van een BV verkocht de BV een pand aan haar voormalige dga. De Belastingdienst corrigeerde om die reden de winst van de BV door de herinvesteringsreserve te laten vrijvallen. Hof Arnhem vond dat de inspecteur aannemelijk had gemaakt dat het besluit om het pand te verkopen al voor aandelentransactie was genomen. In een dergelijk geval is de vorming van een herinvesteringsreserve volgens de Wet op de Vennootschapsbelasting niet mogelijk. Volgens de inspecteur kunnen de zogenaamde ruilarresten in dergelijke gevallen niet worden toegepast. Het hof deelde die opvatting niet. De wetsbepaling die het vormen van een herinvesteringsreserve voorkomt, reikt niet zo ver dat de ruilarresten niet kunnen worden toegepast, aldus het hof. De ruilarresten kunnen worden toegepast als een belastingplichtige ten tijde van de vervreemding van een activum een concreet plan heeft om in directe samenhang daarmee een ander activum aan te kopen dat functioneel en economisch dezelfde plaats inneemt in het vermogen als het vervreemde activum. Goed koopmansgebruik staat dan toe de bij de vervreemding behaalde boekwinst in mindering te brengen op de kostprijs van het andere activum. Het hof oordeelde dat in deze casus de ruilarresten niet konden worden toegepast omdat het concrete voornemen tot vervanging ontbrak.
De Hoge Raad oordeelt anders. De wettelijke regeling van de herinvesteringsreserve is een uitwerking voor bedrijfsmiddelen van de ruilarresten. Dat betekent volgens de Hoge Raad dat de ruilarresten niet kunnen worden toegepast wanneer een belastingplichtige in beginsel een herinvesteringsreserve had kunnen vormen. De belastingplichtige heeft niet de mogelijkheid om in plaats van een herinvesteringsreserve te vormen te kiezen voor toepassing van de ruilarresten. Het hof heeft terecht maar op verkeerde gronden geoordeeld dat de ruilarresten in dit geval niet kunnen worden toegepast.