Bij het bepalen van de pensioendatum gelden er slechts marginale voorwaarden. De hoofdregel is dat er in principe geen vroegste ingangsdatum is en dat de uiterste datum vijf jaar na de AOW-datum ligt.
Uiteraard moet de afgesloten pensioenovereenkomst de ruimte bieden om eerder of later uit te keren. De AOW-leeftijd is nu al vaak 67 jaar, maar na 2021 geldt dit voor iedereen. Houd er rekening mee dat de uitkering bij vervroeging gekort wordt en bij uitstel verhoogd zal worden.
Het laten ingaan van het pensioen voor het 60e levensjaar kan alleen als naar rato de werkzaamheden worden verminderd. Vanaf bijvoorbeeld 58 jaar kan iemand voor 50% met pensioen en voor 50% blijven doorwerken. Na 60 jaar wordt deze eis niet meer gesteld. Uiteraard moet over beide inkomsten progressief loonbelasting worden betaald. De combinatie van vroegtijdig deeltijdpensioen in combinatie met parttime doorwerken wordt gestimuleerd. Dit zal steeds vaker voorkomen en is ook dé oplossing voor diegenen die te weinig pensioen hebben opgebouwd. In het uiterste geval kan iemand vanaf 60 jaar zijn volledige pensioen in laten gaan én gewoon blijven werken.
Uitstel tot na de formele pensioenleeftijd kan alleen als er, ook naar rato, wordt doorgewerkt. Het pensioen mag dan gewoon naast het salaris worden uitgekeerd, maar ook worden uitgesteld. Uitstel kan tot de uitkering maximaal 100% van het pensioengevende loon, inclusief AOW, bedraagt. Als dat voor het 72e levensjaar wordt bereikt, groeit het niet verder aan. Als het in eigen beheer wordt gehouden móet het ingaan zodra de 100%-grens is bereikt. Er mag altijd, ook na 72 jaar, gewoon worden doorgewerkt.