Waar voor particulieren de mogelijkheid bestaat om met de schuldsaneringsregeling een faillissement te voorkomen, ontbreekt een dergelijke mogelijkheid voor ondernemingen. In voorbereiding is een aanpassing van de Faillissementswet die het mogelijk moet maken om een dwangakkoord buiten faillissement tot stand te brengen. Op die manier moeten onnodige faillissementen zoveel mogelijk voorkomen worden. De kern is dat herstructurering van problematische schulden kan plaatsvinden op basis van een akkoord tussen de onderneming en haar schuldeisers en aandeelhouders. Door dat akkoord worden de rechten van die schuldeisers en aandeelhouders gewijzigd. Wordt het akkoord door de meerderheid van de schuldeisers en aandeelhouders ondersteund, dan kunnen andere schuldeisers en aandeelhouders tot medewerking worden gedwongen door de rechter. De voorgestelde regeling geldt voor ondernemingen, ongeacht de rechtsvorm en de activiteiten die zij ontplooien. Het is de bedoeling om de aanpassing per 1 januari 2015 in werking te laten treden.
Op grond van het voorstel kan een ondernemer zijn schuldeisers een akkoord aanbieden ter sanering van zijn schulden. Ook de schuldeiser kan zijn medeschuldeisers en de aandeelhouders een akkoord aanbieden. Het akkoord moet gebaseerd zijn op een onderbouwd herstructureringsplan. Omdat de positie van schuldeisers en aandeelhouders kan verschillen door het hebben van voorkeursrechten of zekerheden kunnen de schuldeisers in een voorstel voor een akkoord in verschillende klassen worden verdeeld. Alleen de schuldeisers en aandeelhouders voor wie het akkoord gevolgen heeft, mogen hun stem uitbrengen over het akkoord.
Een akkoord heeft gevolgen wanneer iemands rechten daardoor worden gewijzigd. Het akkoord is aangenomen wanneer per klasse van schuldeisers en aandeelhouders de meerderheid voor het akkoord heeft gestemd. Die schuldeisers en aandeelhouders moeten samen ten minste twee derde van de vorderingen of van het geplaatste aandelenkapitaal in die klassen vertegenwoordigen. Wanneer een akkoord is aangenomen kan de rechtbank het akkoord algemeen verbindend verklaren. Daardoor zijn ook de schuldeisers en aandeelhouders die tegen het akkoord hebben gestemd of zich van stemming hebben onthouden eraan gebonden.